Frits Prakke

Banenverlies aan China en Japan?

In Technisch Weekblad on maandag, november 1, 2004 at 20:06

Hoe kunnen we de Europese economie uit het slop halen en meer banen creëren? Woensdag heeft oud-premier Wim Kok daarover een advies, “Facing the challenge”, uitgebracht aan de EU regeringsleiders. Een tweezijdig schrikbeeld waart door Europa. Aan één kant is dat het beeld van een arbeidsreservoir van twee miljard ontketende Chinezen die bereid zijn te werken voor één euro per dag. Het resultaat is een stormachtige groei van de export van industriële producten niet belemmerd door enige regelgeving op het gebied van milieu of arbeid. Aan de andere kant is dat het beeld van hoogopgeleide radiologen in Bombay die via een breedband verbinding MRI’s bestuderen van patiënten in Europese en Amerikaanse ziekenhuizen. Westerse bedrijven reageren op deze concurrentie met outsourcing en offshoring, in goed Nederlands, uitstoot van arbeid. Hooggeschoolde arbeid wordt niet minder bedreigd dan laaggeschoolde.

De laatste keer dat we ons in het westen in deze mate zorgen hebben gemaakt over massale werkloosheid was midden jaren tachtig. De werkloosheidcijfers lagen toen veel hoger dan nu en het pessimisme onder economen en politici over de mogelijkheden om deze te kunnen bestrijden was veel groter. De boosdoeners waren toen de groeiende export uit Japan en de automatisering. Diepe indruk maakte een schrikaanjagend filmpje op televisie met beelden van robots die, getoonzet op muziek van Richard Wagner, volautomatisch lange rijen van geraamtes van Toyota’s voorzagen van puntlassen. Als econoom maakte ik midden jaren tachtig tabellen over de grote voorsprong van Japan op het westen in aantallen industriële robots. Deze vonden gretig aftrek. Collega’s knikten instemmend. Maar toen ik schreef dat de productiviteit per uur van de Japanse arbeider structureel veel lager was dan van de Nederlandse, werd dat genegeerd. De kracht – en het gevaar – van de communis opinio moet niet onderschat worden.
Het pessimisme van de discussie over technologie en arbeid vertaalde zich in voorstellen van Premier Den Uyl een zware belasting te gaan heffen op automatisering. Zijn leerling Wim Kok vocht midden jaren tachtig als FNV voorzitter voor ruime VUT- en WAO-regelingen om de constant geachte voorraad banen rechtvaardiger te verdelen.

Uiteindelijk bleek de angst voor Japanse economische suprematie ongegrond. De handelseconomen, zoals Paul Krugman, die hadden gesteld dat de opkomst van een nieuwe economie zoals Japan meer voordelen dan nadelen biedt voor de gevestigde orde, kregen gelijk. De noodzakelijke aanpassingen in ondernemerschap en arbeidsmarkt leidden tot een langdurige periode van economische groei, met positieve effecten voor de werkgelegenheid en voor op innovatie gebaseerde productiviteit.
Ons aanpassingsvermogen heeft ons gered. Dat geldt niet het minst voor Wim Kok. Hij adviseert nu de EU niet defensief te reageren op China en India, en op technologische ontwikkelingen. Hij komt in “Facing the challenge” met aanbevelingen méér te investeren in automatisering (ICT) en innovatie. De Europese vrije markt moet worden voltooid, administratieve lasten moeten worden verlicht. De landen van de EU moeten milieuvernieuwing stimuleren. Ook moeten Europeanen langer leren en langer werken dankzij betere werkomstandigheden.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: