Frits Prakke

Archive for februari, 2008|Monthly archive page

Export van hoger onderwijs

In Technisch Weekblad on zondag, februari 17, 2008 at 18:59

Wie in een klein land als Nederland gelooft in de kwaliteit van zijn eigen product moet exporteren. De NV Philips is niet groot geworden door de Nederlandse markt voor gloeilampen te beheersen. Na 1910 groeide het bedrijf vooral door export. De Nederlandse universiteiten, inclusief de door Minister Plasterk nieuw gedoopte Universities of Applied Sciences (voorheen HBO), willen tot de beste ter wereld te behoren. Die ambitie is een axioma van onze kenniseconomie geworden. Er wordt geschermd met een incidentele plaats ergens op een internationale top-50 lijst en leidende posities op wetenschappelijke gebieden als sterrenkunde. Leiden, Wageningen en Amsterdam zijn ook in het buitenland gerenommeerde oude universiteits¬steden. Nederland zou goed moeten kunnen concurreren op de nieuw ontstane wereldmarkt voor hoger onderwijs. Maar de durf ontbreekt om door vestigingen in het buitenland, zoals andere landen dat doen, de kwaliteit van het eigen onderwijs daadwerkelijk te laten meten met de besten van de wereld. Wij kiezen ervoor wereldberoemd te zijn in onze eigen provincie.

Terwijl onze regering probeert lokaal een kenniseconomie gestalte te geven, zijn onafhankelijke Britse, Australische en Amerikaanse universiteiten druk bezig volledige universitaire dependances op te zetten in China, de Verenigde Arabische Emiraten, India, Zuid Afrika en Singapore. Hoger onderwijs is snel aan het globaliseren. Abu Dhabi schonk (sic!) onlangs $ 50 miljoen aan New York University als startkapitaal voor een nieuwe universitaire opleiding. In Education City in Doha, de hoofdstad van Qatar, kunnen lokale studenten studeren aan de Weill Medical College van Cornell, aan de faculteit Internationale Betrekkingen van Georgetown U., ICT en Bedrijfskunde van Carnegie Mellon, Technische Wetenschappen van Texas A&M en Journalistiek van Northwestern University. Georgia Institute of Technology heeft volwaardige dependances in Frankrijk, Italië, Zuid Afrika en China.
Waar blijven de Nederlandse universiteiten? De globalisering van het Hoger Onderwijs is een aantrekkelijk complement van de vaak omstreden globalisering op gebieden als de kapitaalmarkten, industriële producten (outsourcing), mensenrechten en terrorismebestrijding. Bedenk dat we eeuwen vóór de Europese Unie een actief netwerk hadden van Europese universiteitssteden zoals Montpellier, Bologna, Heidelberg, Cambridge en Leiden.

Het opzetten van een universitaire dependance in een ver land zonder kwaliteitsverlies is geen sinecure. De toetredingseisen voor studenten, zoals minimale SAT scores, mogen niet verlaten worden. Kwaliteitsbepalende hoogleraren aarzelen bij het vooruitzicht van een langdurig verblijf aan de Perzische Golf. Politici vragen zich af of we een hele generatie Dr Kahn’s moeten opleiden die alleen onze nucleaire technologie willen stelen? Die angst is nu al een ernstige belemmering voor Iraanse studenten werktuigbouw in Nederland. Daarentegen zijn er ook veel publieke doelen die gediend kunnen worden, zoals diplomatieke betrekkingen, handel en kennisontwikkeling. Maar de belangrijkste reden mee te doen aan deze vorm van globalisering is de noodzaak voor het hoger onderwijs te bewijzen hun licht niet alleen binnen de provincie te kunnen laten schijnen. Gelijk de gloeilampenfabriek in 1910.